De dag van ‘Aashoeraa breekt bijna aan, in shaa Allah. Het is een dag die veel lessen bevat en die veel gespreksstof oplevert. Naast het feit dat het op deze dag aangeraden is om te vasten en men stilstaat bij de overwinning die Allah aan de Profeet Moesaa (عليه السلام) schonk, is het in meerdere landen een nationale feestdag en stroomt menig ‘Hoessainia’ vol om de dood van al-Hoessein (رضي الله عنه), de kleinzoon van de Profeet Mohammed (صلى الله عليه وسلم), te gedenken.
Hoewel er door sjiieten verwerpelijke handelingen worden verricht op deze dag die niets van doen hebben met de Islam, kunnen we veel leren van de opofferingen van al-Hoessein (رضي الله عنه), het belang van een rechtvaardige leider en het belang om je uit te spreken tegen onderdrukking en tirannie. Dit zou ons moeten stimuleren om ons meer te verdiepen in de wijze waarop de Islam kijkt naar politiek leiderschap en hoe dat zich verhoudt tot de huidige realiteit van de moslimwereld.
De Profeet (صلى الله عليه وسلم) leert ons om deze dag en een dag ervoor (of erna) te vasten. Een van de belangrijkste redenen is dat we ons hiermee onderscheiden van anderen. Toen de Profeet (صلى الله عليه وسلم) naar Medina trok en de joden in vastende staat aantrof (op de dag van ‘Aashoeraa) en hen hiernaar vroeg, stelden ze dat zij vastten vanwege het feit dat Allah de Profeet Moesaa (عليه السلام) op deze dag had gered. Het was dus een vorm van verering (تعظيم), waarop de Profeet (صلى الله عليه وسلم) zei:
نحن أولى بموسى منكم
‘’Wij hebben meer recht op Moesaa dan jullie.’’1
Onderscheid in deze context is niet slechts voorbehouden aan joodse tradities, maar het gaat erom dat de Islam uniek is en zich onderscheidt van alle andere religies en ideologieën.
Identiteit is het bewustzijn van de mens aangaande de realiteit van zijn wezen, welke hem als individu of groep onderscheidt van anderen. De vraag is echter op welke wijze men zich onderscheidt. De mensen verschillen niet van elkaar als het gaat om organische behoeften en instincten. Zo hebben zij bijvoorbeeld allen behoefte aan slaap, ervaren zij angst, honger, dorst en hebben ze de neiging tot voortplanting. Of zij nu blank, zwart, Europees, Afrikaans of Aziatisch zijn.
Waarin zij echter wel van elkaar verschillen, is de wijze waarop zij hun organische behoeften en instincten bevredigen. Zo is het voor de een geoorloofd om varkensvlees te nuttigen en is het voor de ander verboden. Dit komt omdat de maatstaven die men hanteert verschillen. Voor de moslim bijvoorbeeld is dit de ‘halal en haram’, terwijl het voor een ander eigenbelang is. Dit vloeit voort uit de levensvisie die men heeft geadopteerd.
Bovendien bestaat er onder de mensen een onderscheid in kleur, etniciteit, geslacht, taal en land van herkomst. Bekende filosofen zoals Renan en Montesquieu stelden bijvoorbeeld, dat het Europese ras superieur was, in navolging van Iblies (de duivel), die stelde dat hij beter dan Adam (عليه السلام) was, omdat hij uit vuur was geschapen en Adam (عليه السلام) uit klei. Hij achtte zich dus beter dan een ander op basis van een natuurlijke onderscheiding, waar men geen invloed op heeft gehad.
De Islam is gekomen om onderscheid op basis van de geschapen natuurlijke aard of op basis van zaken waar men geen vat op heeft, teniet te doen en te veroordelen. Zo rust er bijvoorbeeld een verbod op racisme en nationalisme. Zij maakt slechts onderscheid op basis van hetgeen de mensen zelf hebben verworven in de sfeer waarin zij zelf kunnen kiezen.
Dit geldt voor hun intellectuele capaciteit om tot de conclusie te komen dat er een Schepper schuilgaat achter de schepping, dat deze Schepper Allah is, dat Hij Boodschappers heeft gezonden en de Koran van Hem afkomstig is. Het enige onderscheid dat er wordt gemaakt tussen de mensen, is de mate van taqwaa (in hoeverre je je conformeert aan de Goddelijke oordelen) en dit is een graadmeter die voor iedereen geldt, ongeacht of je blank, donker of geel bent en of je man of vrouw bent.
Identiteit is daarom niet slechts een naamkaartje of een papiertje waarop enkele persoonsgegevens staan, maar het gevolg van het bewustzijn van de realiteit van de mens en het doel van zijn bestaan. ‘Aashoeraa herinnert ons aan het belang om onze islamitische identiteit te waarborgen en ons niet te laten leiden door de dominante norm.
Voetnoten
- al-Boechari ↗️