Dhoel-Hidjah komt eraan: de afsluitende maand van de islamitische maankalender. Een maand vol beloningen, mits goed benut. Het is de maand waarin een van de vijf zuilen wordt verricht, namelijk de hadj. Ook is het de maand van Eid al-Adha – het feest waarin het brengen van een offer centraal staat.
In het afgelopen decennium lijkt er echter steeds minder belang te worden gehecht aan de praktijk van het offeren – om uiteenlopende redenen.
Daarom rijzen er belangrijke vragen:
- Wat is de waarde van het brengen van een offer op Eid al-Adha?
- Moét ik een lam offeren?
- Aan welke voorwaarden moet een offer volgens de sharie’ah voldoen?
- En tot slot: met welke uitdagingen kampen we in Nederland, en hoe gaan we daar als gemeenschap mee om?
Het doel van het offeren
Het komt vaak voor dat we de effecten van rituelen of goede daden verwarren met het werkelijke doel ervan. Daardoor raakt dat doel uit zicht. Veel disputen rond het offeren volgen net op deze verwarring van doel en effect.
Het doel van het offer is niet het vlees zelf. Het échte doel is het eren van Allah: Hem verheerlijken, prijzen en dankbaarheid tonen voor Zijn gunsten – in het bijzonder de Gunst van Zijn leiding. Allah zegt:
لَن يَنَالَ ٱللَّهَ لُحُومُهَا وَلَا دِمَآؤُهَا وَلَٰكِن يَنَالُهُ ٱلتَّقۡوَىٰ مِنكُمۡۚ كَذَٰلِكَ سَخَّرَهَا لَكُمۡ لِتُكَبِّرُواْ ٱللَّهَ عَلَىٰ مَا هَدَىٰكُمۡۗ وَبَشِّرِ ٱلۡمُحۡسِنِينَ
“Het is niet hun vlees of hun bloed dat Allah bereikt, maar het is jullie taqwaa dat Hem bereikt. Zo heeft Hij hen dienstbaar gemaakt aan jullie opdat jullie de Grootheid van Allah zullen prijzen, omdat Hij jullie geleid heeft. En verkondig verheugende tijdingen aan de weldoeners.”[1]
De rituelen (sha’aa`ir) die Allah ons heeft voorgeschreven, zijn publieke uitingen van Zijn religie. Allah zegt:
ذَٰلِكَۖ وَمَن يُعَظِّمۡ شَعَٰٓئِرَ ٱللَّهِ فَإِنَّهَا مِن تَقۡوَى ٱلۡقُلُوبِ
“Dat (is de ware taqwaa). En wie de rituelen van Allah eert – dat komt voort uit de taqwaa in de harten.”[2]
Is het offeren verplicht?
Het offeren is een unieke kans om dichter tot Allah te komen. Het is een vorm van taqwaa, een daad van dankbaarheid en eerbetoon aan Allah. Deze kans zou door iedereen die het zich kan veroorloven benut moeten worden.
Volgens de meerderheid van de geleerden is het offeren een sterk aanbevolen soennah. Slechts een minderheid beschouwt het als verplicht. Toch benadrukte de Profeet ﷺ het belang ervan:
مَنْ كَانَ لَهُ سَعَةٌ وَلَمْ يُضَحِّ فَلاَ يَقْرَبَنَّ مُصَلاَّنَا
“Degene die het zich kan veroorloven om te offeren maar dat niet doet, moet zich niet in de buurt van onze gebedsplaats begeven op de dag van het Eid-gebed.”[3]
Wie het zich écht niet kan veroorloven, is uiteraard vrijgesteld. Maar de vraag die velen zichzelf moeten stellen is: behoor ik werkelijk tot degenen die het zich niet kunnen veroorloven? Andere uitgaven – vakanties, uitstapjes, luxeproducten – worden ondanks prijsstijgingen vaak niet geschuwd. Waarom zouden we dan beknibbelen op een daad die draait om het eren van Allah?
Uitdagingen in Nederland
Er zijn praktische obstakels, dat erkennen we. Maar: waar een wil is, is een weg.
Eerst dienen we de voorwaarden waaraan offerdieren moeten voldoen in acht te nemen. Er zijn vier diersoorten toegestaan voor het offeren, elk met een minimale leeftijd:
- Kameel – minimaal 5 jaar
- Rund – minimaal 2 jaar
- Geit – minimaal 1 jaar
- Schaap/lam – minimaal 6 maanden
In Nederland is het gebruikelijk om een lam te offeren. Maar als Eid al-Adha in het voorjaar valt, is er vaak een tekort aan lammeren die aan de leeftijdseis voldoen. Lammeren van het vorige jaar zijn dan vaak al geslacht of niet beschikbaar.
Wat kun je doen?
- Ga tijdig op zoek naar een geschikt lam
Je dient op tijd te beginnen met je zoektocht naar een lam van minimaal zes maanden oud. Doe er ook alles aan om te verifiëren dat het lam daadwerkelijk de minimumleeftijd van zes maanden heeft bereikt.
Lukt het je niet om als individueel huishouden een geschikt lam te vinden en dit lokaal te slachten, dan is er een tweede optie.
- Samen een rund offeren (met 7 huishoudens)
Ook het gezamenlijk offeren van een rund met zes andere huishoudens (in totaal dus zeven) is toegestaan. Djaabir ibn ‘Abdillah zei: “Wij offerden met de Boodschapper van Allah ﷺ in het jaar van al-Hoedaybiyyah, waarbij een kameel of een rund werd gedeeld door zeven personen.” In een andere versie: “De Boodschapper van Allah ﷺ beval ons om gezamenlijk een kameel of een rund te offeren, met zeven personen per dier.”[4]
Lukt ook dit niet vanwege de prijs of beperkte beschikbaarheid, dan is er een derde mogelijkheid.
- Offer in het buitenland via een betrouwbare stichting
Er bestaan talrijke liefdadigheidsinstellingen aan wie je de opdracht kunt geven om in jouw naam een offer te verrichten. Het vlees wordt vervolgens verdeeld onder de armen en behoeftigen. Uiteraard is het een soennah om er zelf van te eten, maar dit is geen verplichting en kan in geval van noodzaak achterwege blijven. Dit betekent dat de soennah van het offeren is vervuld, ook als je er zelf niet van eet.
Het is belangrijk dat je, wanneer je in het buitenland offert, dit niet doet door simpelweg de waarde van het offer te doneren. Je dient expliciet de opdracht te geven om in jouw naam een offer uit te brengen. Doe je dat niet, dan valt het onder sadaqah. Hoewel daar uiteraard beloning in zit, vervul je daarmee niet de soennah van het offeren!
Wat te doen met het vlees?
Lust je het vlees niet? Of houd je te veel over? Geef het weg fie sabielillah. Het is aanbevolen om minimaal een derde van het vlees te doneren aan armen en behoeftigen – meer mag natuurlijk ook.
Ustaadh Mohamed Akkouh roept op om lokale initiatieven te starten voor het centraal verzamelen en verdelen van offervlees. Er is veel behoefte aan zulke projecten, vooral in steden met veel moslims.
فَكُلُواْ مِنۡهَا وَأَطۡعِمُواْ ٱلۡقَانِعَ وَٱلۡمُعۡتَرَّ
“En eet ervan en voed daarmee de vragende – en de niet-vragende behoeftige.”
Of in een andere interpretatie van hetzelfde vers:
“En eet ervan en voed daarmee de behoeftigen en de gasten.”[5]
Het doneren van een deel van je offervlees is dus een soennah, en volgens sommige wetscholen zelfs verplicht. Het is een gunst voor de gemeenschap, waarbij moslims elkaar kunnen ondersteunen en iedereen kan deelnemen aan het feest. Het is een effect van het eigenlijke doel achter het offeren: het eren van Allah.
Conclusie
Het offeren is een sterk aanbevolen soennah waarmee je beoogt Allah te eren en je taqwaa te versterken. Een belangrijk bijkomend effect is gemeenschapsvorming, waarbij het doneren en verdelen van offervlees aan behoeftigen en gasten tastbare uitingen zijn van dit doel.
Het veelgehoorde argument dat het beter is om de waarde van het offer te doneren in plaats van daadwerkelijk een dier te offeren, houdt geen stand – omdat het wezenlijke doel van het offeren is: het eren van Allah. En de effecten van het eren van Allah wegen zwaarder dan welke persoonlijke redenering dan ook, hoe oprecht of doordacht die ook mag zijn.
Op Eid al-Adha is het offeren de beste daad die je met je geld kunt verrichten. Laat dit je er echter niet van weerhouden om daarnaast ook sadaqah te geven aan onze behoeftige broeders en zusters. Deze twee daden sluiten elkaar niet uit – verricht ze beide, zodat we én de behoeftigen kunnen helpen én een belangrijk symbool van de islam in stand houden: de verheerlijking van de Naam van Allah.
[1] Soerah al-Hadj, ayah 37
[2] Soerah al-Hadj, ayah 32
[3] Ibn Maadjah – overgeleverd door Aboe Hurayrah
[4] Sahieh Moeslim
[5] Soerah al-Hadj, vers 36